donderdag 14 augustus 2008

Fascinerende handschriften
Zondagochtend jongstleden was een oude vriend van me — een antiquaar die in barre weersomstandigheden onderweg was naar een boekenmarkt — zo royaal, mij tussen veel meer andere, een boek te schenken met facsimile's van dichterhandschriften uit de Duitse literatuur, van Martin Luther (1483-1546), via Ludwig Uhland (1787-1862), tot en met Rainer Maria Rilke (1874-1926). Aangename bijkomstigheid daarvan is dat een lezeres in Wenen van mijn Duitse cultuurwebsite Kulturtempel enkele uren na publicatie van de facsimile van een Rilke-gedicht reeds liet weten, daar zeer gelukkig mee te zijn. Op mijn Nederlandse literatuursite Tempel der Letteren heb ik heden een gedicht van Novalis in die vorm gepubliceerd.


Johann Wolfgang von Goethe
Twee van de ruim veertig gedichten — die in het bewuste boek op diezelfde manier zijn opgenomen — stammen van de grote Vorst der Duitse dichters: Herr Geheimrat Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832), die niet alleen ongekende vaardigheden met de literaire schrijverspen aan de dag heeft gelegd, doch evenzeer als filosoof en tekenaar, als jurist, politicus en minister. En in al die functies heeft hij heel wat letters, krullen, strepen en andere ornamenten aan het papier toevertrouwd. Zijn jeugdwerk dat in zes relatief dikke delen is verschenen, bestrijkt de periode tot 1775. Menig ander auteur begint tegen de tijd dat ze zesentwintig jaar zijn, iets van blijvende waarde te produceren, Goethe had toen reeds een enorm oeuvre uit zijn ganzenveer laten vloeien.


De verantwoordelijke redactie heeft zes van al die opgenomen gedichten achterin het boek tevens in een Fraktur-versie opgenomen met het oog op de eventueel moelijke leesbaarheid. Men moet daarbij bedenken dat de tweede druk van het bewuste boek in 1942 ten huize van Inse-Verlag te Leipzig is verschenen en boeken, alsmede tal van andere geschriften in Fraktur, toen nog aan de orde van de dag waren. Bij een herdruk nu zouden veel meer van die, zo niet alle opgenomen poëzie in het oorspronkelijke handschrift met een versie in een hedendaagse drukletter moeten worden aangevuld.
Wij doen het hier voor u wel met het bovenstaande gedicht:

SELIGE SEHNSUCHT

Sagt es niemand, nur den Weisen,
Weil die Menge gleich verhöhnet:
Das Lebendge will ich preisen,
Das nach Flammentod sich sehnet.

In der Liebesnächte Kühlung,
Die dich zeugte, wo du zeugtest,
Überfällt dich fremde Fühlung,
Wenn die stille Kerze leuchtet.

Nicht mehr bleibest du umfangen
In der Finsternis Beschattung,
Und dich reißet neu Verlangen
Auf zu höherer Begattung.

Keine Ferne macht dich schwierig,
Kommst geflogen und gebannt,
Und zuletzt, des Lichts begierig,
Bist du, Schmetterling, verbrannt.

Und so lang du das nicht hast,
dieses Stirb und werde!
Bist du nur ein trüber Gast
Auf der dunklen Erde.

31 juli 1814
____________
Afbeeldingen
1. Titel van het boek in kwestie van Insel-Verlag te Leipzig, tweede druk, 1942.
2. Facsimile van het Goethe-handschrift met het gedicht Selige Sehnsucht.
3. Johann Wolfgang von Goethe; ets uit 1791 van Johann Heinrich Lips (1758-1817).

Geen opmerkingen: